[Het is goed om te vermelden dat de ontwikkeling van Ruppert is doorgegaan; inmiddels spreken we van Intentie methode en van Identiteit georiënteerde Psychotrauma Theorie en therapie (IoPT) waarin o.a. de soorten trauma zijn vervangen.]

Gepubliceerd op Inner-Tree. Vertaling door Sytze Wierda

Oorspronkelijk gepubliceerd in The Knowing Field, issue 19, Januari 2012
Geschreven door: Franz Ruppert

Ik heb veel tijd in de Nederlandse vertaling gestoken; ik verzoek je mij daarin te erkennen bij het delen van dit bericht.

Franz Ruppert is hoogleraar psychologie aan de Hogeschool van München. Hij promoveerde in 1985 in Organisatiepsychologie aan de Technische Universiteit van München. Sinds 1995 richt hij zich op de oorzaken van de meer ernstige vormen van geestesziekte, gecombineerd met zijn interesse in hechtings- en gehechtheidstheorieën en modern traumawerk. Halverwege de jaren ’90 kwam hij in aanraking met het werk van Hellinger en ontwikkelde hij zijn eigen vorm van opstellingen. Hij is de auteur van verschillende boeken over trauma, hechting en opstellingen.

professor@franz-ruppert.de
www.franz-ruppert.de

Mijn eerste contact met opstellingen

In 1994 kwam ik voor het eerst in aanraking met opstellingenwerk. De decaan van de Faculteit voor Klinische Psychologie van de Universiteit van München had Bert Hellinger uitgenodigd om daar een workshop te geven, die ik bijwoonde. In het begin was ik erg sceptisch over wat ik samen met bijna 200 andere deelnemers zag op het kleine podium in collegezaal nr. 2002, een collegezaal die ik goed kende uit mijn vroegere dagen als student psychologie daar. Maar toen ik twee keer werd gekozen als representant in andermans opstellingen, kon ik de groeiende fascinatie in mij niet weerstaan. Ik zocht snel contact met anderen in de omgeving die al met opstellingen bezig waren en het lukte me om me aan te sluiten bij een werkgroep onder leiding van Robert Langlotz in München. Met elke opstelling die ik meemaakte, kreeg ik nieuwe inzichten in menselijke relaties.

Ik zat op dat moment al enkele maanden vast in een zeer moeilijke relatie en kon geen oplossing vinden. Mijn eerste opstelling hielp me een goede uitweg te vinden uit de verstrikking van een relatie met twee verschillende vrouwen. Voor het eerst in mijn leven begreep ik dat je constructieve relaties voor jezelf kunt creëren. Ik realiseerde me dat er in relaties dingen zijn die je kunt doen en dingen die je niet kunt, wil de relatie een goede toekomst hebben en niet in een ramp eindigen. Als ik erop terugkijk, ben ik geschokt het me dat het me bijna veertig jaar van mijn leven kostte om zo’n simpele waarheid over menselijke relaties te begrijpen.

Verdere ontwikkelingen

In 1995 begon ik mijn eigen seminars over familieopstellingen te doen. Als psycholoog voelde ik me competent genoeg, ook al besef ik vandaag dat ik eigenlijk heel weinig wist over de menselijke psyche en zijn vaak erg verwarrende dynamiek. Als facilitator van familieopstellingen heb ik gewoon gekopieerd wat ik zag in de seminars van Hellinger en wat ik heb opgepikt door zijn boeken en video’s intensief te bestuderen.

In mijn eerste boek schreef ik over mijn ervaringen met opstellingenwerk en relaties (Ruppert, 2001). Ik hield me bezig met dit onderwerp omdat tot die tijd de belangrijkste focus van mijn professionele leven was werken in een wetenschappelijke dimensie met arbeids- en organisatiepsychologie. Met behulp van opstellingen had ik het gevoel dat ik veel nieuwe inzichten kon krijgen over vragen die te maken hebben met het professionele leven; bijvoorbeeld in het begrijpen van conflicten in organisatieteams en criteria voor goed leiderschap.

Het werd me steeds duidelijker dat er drie psychische toestanden zijn na een traumatisering: het getraumatiseerde deel, het gestreste overlevingsdeel en het gezonde deel.

Omdat ik mijn werkplek had verplaatst van de Technische Universiteit in München naar de Katholieke Hogeschool in München, voelde ik me meer en meer aangetrokken tot ontwikkelings- en klinische psychologie. Ik wilde me dus uitsluitend richten op familieopstellingen in plaats van organisatorisch werk. Toen ik met opstellingen werkte, zag ik ineens zoveel nieuwe psychologische dynamieken bij mijn psychotherapie cliënten.

Het hielp mijn studie in deze tijd om de werken te lezen van John Bowlby, de grondlegger van Attachment Theory (Bowlby, 2006 a,b,c), waardoor ik begreep dat er relaties zijn met een hechtingskwaliteit en relaties zonder deze hechtingskwaliteit. Verbonden relaties hebben een heel ander kenmerk dan niet-verbonden relaties. Ze volgen hun eigen regels.

Een tweede zeer belangrijke invloed voor mijn opstellingenwerk was de traumatheorie. Door het lezen van de werken van Peter Levine (Levine, 1997), Judith Herman (2001) en Gottried Fischer & Peter Riedesser (Fischer & Riedesser, 1998) kreeg ik mijn eerste begrip van wat trauma eigenlijk is en welke gebeurtenissen, zoals de plotselinge dood van een geliefde, kunnen ervaringen van geweld en seksueel misbruik de menselijke psyche aantasten. Ik begreep ineens dat in opstellingen alle hechtings- en traumakwesties aanwezig zijn en je ze duidelijk kunt zien. Je hoeft alleen maar goed genoeg te kijken en de juiste conclusies te trekken om binnen dit kader te begrijpen wat de representanten en cliënten uitdragen. De opstellingsmethode laat de effecten van trauma in hechte relaties gedurende vele generaties zien. Het opent een toegang tot een meergenerationeel perspectief van psycho-traumatologie. Trauma wordt in hechte relaties van generatie op generatie doorgegeven.

Dus begon ik een theorie te ontwikkelen die ik ‘meergenerationele psychologie’ noemde. Voor mij zou deze theorie moeten verklaren hoe psychische aandoeningen zijn ontstaan. Het eerste resultaat was het boek Verwirrte Seelen dat in 2002 in Duitsland werd gepubliceerd. Dit boek bevat het basisconcept van deze theorie waarbij vier verschillende soorten trauma worden onderscheiden:

  • Existentieel trauma
  • Trauma van verlies
  • Bindingstrauma
  • Bindingsysteemtrauma

Elke categorie trauma heeft zijn eigen psychologische dynamiek en is gerelateerd aan de ontwikkeling van symptomen van verschillende psychische stoornissen. Paniek- en angststoornissen zijn het gevolg van existentieel trauma, depressie volgt op verliestrauma, persoonlijkheidsstoornissen kunnen worden gezien als het resultaat van bindingstrauma, en psychosen en schizofrenie zijn het gevolg van trauma door bindingssysteem.

In Verwirrte Seelen heb ik vooral een alternatieve interpretatie gegeven van die psychische aandoeningen die meestal alleen binnen het psychiatrisch systeem worden behandeld, en wel met medicijnen. Ik bekritiseer dit als volkomen ongepast als een middel om diegenen te helpen die verstrikt zijn in hun trauma en bindingsstoornissen.

Naarmate mijn ervaring met cliënten met ernstigere psychische stoornissen gedurende deze jaren groeide, had ik voldoende materiaal om mijn volgende boek te schrijven, dat in 2006 in het Duits werd gepubliceerd, getiteld: Trauma, Bindung und Familienstellen. Dit boek is sindsdien vertaald in het Engels, Russisch, Spaans en Turks, en legt het idee uit dat trauma- en bindingsproblemen de echte redenen zijn achter alle relatieproblemen, psychologische en zelfs lichamelijke ziekten.

In deze fase van mijn ontwikkeling heb ik ook geprobeerd een stijl van werken met de opstelling aan te nemen om deze traumaproblemen aan te pakken. Ik heb de cliënt vrij vroeg in de opstelling geplaatst samen met zijn representant. Ik heb geprobeerd representanten voor ondersteunende middelen zoals ‘liefde’, ‘kracht’ of ‘moed’ aan de opstelling toe te voegen om te zien wat dit voor de cliënt deed, maar ik zag dat deze middelen meestal werden verbruikt door het overlevingsdeel van de cliënt. Het was pas een paar jaar later

Toen ik steeds meer in termen van deze splitsingen dacht, realiseerde ik me dat het geen zin had om de persoon in een opstelling te vertegenwoordigen met alleen representant.

toen ik het proces van psychologische splitsing dat plaatsvindt na een traumatische ervaring volledig begreep, begreep ik waarom dit zo was.

Om op dat punt te komen, moest ik eerst begrijpen wat een splitsing in de structuur van de psyche precies is en mijn tweedimensionale model, dat alleen onderscheid maakt tussen getraumatiseerde en niet-getraumatiseerde psychologische structuren, veranderen en uitbreiden tot een drie-dimensionaal model. Het werd me steeds duidelijker dat er drie verschillende psychische toestanden zijn na een traumatisering: het getraumatiseerde deel, het gestreste overlevingsdeel en het gezonde deel (zie figuur 1).

Figuur 1: Drie verschillende persoonlijkheidsstructuren na traumatisering

Dus in mijn volgende boek, Seelische Spaltung und innere Heilung (Splits in the Soul, 2011) kon ik de stap maken om in deze verschillende delen te denken. Ik heb geprobeerd het verschil te verduidelijken tussen de gezonde delen en de overlevingsstrategieën die zich vaak vermommen als ‘gezond’, ‘rationeel’ en ‘normaal’.

Toen ik steeds meer in termen van deze splitsingen dacht, realiseerde ik me dat het geen zin had om de persoon in een opstelling met slechts één representant te vertegenwoordigen. Een representant kan slechts één aspect van de psychologische structuur van een getraumatiseerde persoonlijkheid tegelijk laten zien, en misschien ook vrij snel van het ene aspect naar het andere verschuiven tijdens het proces van een opstelling. Het zou dus duidelijker zijn om getraumatiseerde mensen met meer dan één representant in een constellatie te vertegenwoordigen en de relationele dynamiek tussen de delen van één persoon en de verschillende delen van andere mensen die in de constellatie worden vertegenwoordigd, te bekijken. Dat kan echter een heel ingewikkeld proces worden!

Als tweede belangrijk punt in dit boek heb ik benadrukt dat hoewel hulpbronnen een grote rol spelen in andere traumatheorieën en -methoden, ze in feite niet helpen bij de integratie van de splitsingen als de hulpbronnen van buiten de psyche van de getraumatiseerde persoon komen, d.w.z. worden aangeboden door helpers. Alleen als de cliënt de drang van zijn overlevingsstrategieën om zich vast te klampen aan hulpmiddelen die van buitenaf worden aangeboden, bijvoorbeeld door gezondheidszorg en therapeuten, kan overwinnen, wordt het mogelijk om zijn innerlijke structuur te veranderen en te evolueren naar integratie en blijvende stabiliteit. Met andere woorden, het zijn alleen de innerlijke bronnen van de cliënt die een echt verschil kunnen maken, wat resulteert in echte integratie.

Ik realiseerde me de zeer speciale kwaliteit van de symbiotisch verstrengelde overlevende delen die tot nu toe waren vermomd als de natuurlijke staat van kinderen om liefde te krijgen van hun ouders, vooral van hun moeders.

Toch waren er voor mij nog veel dingen onduidelijk. Werkend met wat ik nu begon te noemen ‘Trauma Opstellingen’ leek voor veel klanten hun fundamentele lijden niet te veranderen. Pas toen ik een specifieke dynamiek onderscheidde die ik ‘symbiotisch trauma’ noemde, werd het veel duidelijker. Bij het identificeren van de drie verschillende delen van de psyche die het gevolg zijn van een symbiotisch trauma, realiseerde ik me de zeer speciale kwaliteit van de symbiotisch verstrengelde overlevende delen die tot nu toe waren vermomd als het natuurlijke verlangen van kinderen om liefde van hun ouders te krijgen, vooral van hun moeders. Dit opende een volledig nieuwe deur naar een andere therapeutische benadering: kinderen ervaren een symbiotisch trauma wanneer ze geen stabiele en veilige band met hun moeder kunnen krijgen omdat de moeder getraumatiseerd is, en daarom psychologisch gespleten, en dus niet in staat is om volledig contact te maken met haar kind en haar gevoelens voor haar kind te ervaren zonder ook de afgrond van haar eigen trauma te ervaren. Dit maakt de poging om een veilige band met de moeder op te bouwen een trauma voor het kind.

Om op een of andere manier in contact te blijven met de getraumatiseerde moeder, ontwikkelen kinderen zes verschillende overlevingspatronen:

  • ze worstelen hun hele leven om op de juiste manier door hun moeder te worden bemind, om de liefde van hun moeder te krijgen
  • ze idealiseren hun moeder
  • ze repliceren haar overlevingsstrategieën als die van hen
  • ze proberen voortdurend hun moeder uit haar lijden te redden
  • ze negeren hun eigen lijden
  • ze raken voortdurend verstrikt in het trauma van hun moeder en identificeren zich met haar traumagevoelens

Meer en meer ontdekte ik dat de meeste van mijn cliënten leden aan symbiotische trauma’s, en dus uiterst efficiënt werden in het leven van hun leven met de overlevingsstrategieën die zich ontwikkelden uit de oorspronkelijke symbiotische verstrengeling. De cruciale vraag werd daarom: hoe kun je je losmaken van een getraumatiseerde moeder?

Trauma-opstellingen en familieopstellingen

Nadat ik de psychologische dynamiek van symbiotisch trauma en de gevolgen ervan had begrepen, kon ik mijn ogen niet langer sluiten voor het feit dat al deze essentiële zaken in familieopstellingen, zoals:

  • werken met de onderbroken uitreikende beweging naar de moeder toe om een goede verbinding tot stand te brengen
  • het opnemen van degenen die waren uitgesloten van het gezinssysteem en hun de juiste plaats en erkenning geven
  • het herstellen van de juiste ‘orde van liefde’ in een familiesysteem
  • buigen en zich de ‘kleine’ maken voor de ‘grotere’ ouders
  • het leven aannemen als een geschenk van de ouders, hen eren en liefhebben ongeacht wat ze ons hebben aangedaan

alleen dienen om de in symbiose verstrengelde overlevende delen van de persoon aan te moedigen zich vast te klampen aan de illusie dat de liefde van de moeder en vader kan worden bereikt, waardoor de realiteit van het trauma wordt ontkend. In de traditionele familieopstelling wordt deze illusie dat de liefde van de moeder bereikt kan worden, gezocht door de cliënt en herbekrachtigd door de begeleider.

In de traditionele familieopstelling wordt deze illusie dat de liefde van de moeder bereikt kan worden, gezocht door de cliënt en herbekrachtigd door de begeleider.

In een familieopstelling worden dit soort oplossingen geconstrueerd die voor een tijdje kunnen voldoen aan de behoeften van de symbiotisch verstrengelde delen van de persoon. De prijs die de cliënt echter betaalt, is de verdieping van hun splitsingen en de voortzetting van hun traumatisering. De constructie van dergelijke oplossingen in de familieopstelling is alleen mogelijk door logisch denken te ontkennen en ‘weten’ te vervangen door geloven en hopen. Familieopstellingen ondersteunen in feite de overlevingsstrategieën van de persoon door af te leiden van een ondraaglijke realiteit en het aanmoedigen van een leven in spirituele en esoterische gebieden van de geest. De waarheid is dat het kind een band had met een getraumatiseerde moeder wiens vermogen om van haar kind te houden ernstig werd aangetast door haar eigen trauma. Dit feit kan niet worden veranderd en genezing van het symbiotische trauma kan alleen worden bereikt door bij deze realiteit te blijven.

Wat de therapeut betreft, hun eigen onopgeloste symbiotische trauma en symbiotisch verstrengelde overlevingsstrategieën vergroten hun neiging om een verstrikte helper te worden. Hun onbewuste inzet om hun eigen symbiotische trauma te vermijden en zo symbiotisch verstrikt te blijven, betekent echter dat ze niet in staat zijn om met symbiotisch verstrengelde cliënten te werken, hoezeer ze ook geloven dat ze in hun werk het juiste antwoord op het probleem hebben.

Nieuwe manieren

In mijn laatste boek heb ik daarom geprobeerd nieuwe manieren te vinden om uit de val van de symbiotische verstrengeling te ontsnappen en te ontdekken hoe het mogelijk wordt om echte innerlijke autonomie te creëren. Ik realiseerde me dat het nodig was om de focus van de therapeutische benadering radicaal te veranderen van een focus op het systeem terug naar het individu. Telkens wanneer een cliënt een situatie van verstrengeling in de opstelling heeft, en zijn aandacht meer op de familieleden richt dan op zichzelf, gaat de symbiotische verstrengeling door; de cliënt is nog steeds meer bezorgd om de problemen en wensen van anderen, meestal van de moeder, dan om zijn eigen behoeften en lijden. In deze nieuwe manier van werken met de opstelling die ik heb ontwikkeld, de ‘opstellen van de intentie’, zien we hoeveel makkelijker het voor de cliënt is om naar het lijden van anderen te kijken dan naar hun eigen trauma. Met andere woorden, focussen op het lijden van familieleden wordt een afleiding, een overlevingsstrategie, om het eigen lijden te vermijden. Het lijkt minder beangstigend om te proberen alle anderen te steunen dan om weer in contact te komen met de eigen angsten en pijnlijke jeugdtrauma-ervaringen.

Ik ontwikkelde een nieuw format van opstellingenwerk dat maar één ding gemeen heeft met familieopstellingen: dat er representanten zijn.

Als gevolg daarvan ontwikkelde ik een nieuw format van opstellingenwerk dat maar één ding gemeen heeft met familieopstellingen: dat er representanten zijn. Er is niet langer meer een representant voor de cliënt in de opstelling; hij staat meteen in de opstelling samen met een representant voor hun ‘intentie’. De ‘intentie’ van de cliënt staat bij dit soort opstellingen centraal en ik ben alleen bereid een opstelling te faciliteren als de cliënt een intentie heeft voor zijn therapeutische werk. Alles wat zich dan in de opstelling afspeelt, hangt af van de relatie tussen de cliënt en diens intentie. Als ik voorstel dat de cliënt andere mensen in de opstelling plaatst, komt dit volledig voort uit wat ik begrijp dat er gebeurt tussen de cliënt en zijn representant. Ik werk alleen met de cliënt en alle representanten zijn volledig vrij om te laten zien wat ze voelen, denken en willen uiten. Het enige dat de representanten niet mogen doen, is iemand in de kamer fysiek pijn doen. Het doel van de opstelling is om de cliënt te helpen meer duidelijkheid te krijgen over zijn relatie tot zijn intentie, zodat hij een volgende stap kan zetten naar meer persoonlijke autonomie.

Het doel van de opstelling is om de cliënt te helpen meer duidelijkheid te krijgen over zijn relatie tot zijn intentie, zodat hij een volgende stap kan zetten naar meer persoonlijke autonomie.

Na meer dan twee jaar ervaring met het werken met dit opstellingenformaat, denk ik dat het laat zien dat er vier verschillende algemene resultaten zijn voor de opstelling:

  • Het gezonde deel van de cliënt wint meer terrein in vergelijking met de overlevende delen
  • Overlevingsstrategieën worden duidelijk zichtbaar en kunnen worden gezien als illusoire pogingen om oplossingen te creëren
  • Het contact tussen gezonde delen en getraumatiseerde delen wordt beter mogelijk
  • De gezonde delen krijgen nieuwe ideeën over hoe ze de vrijheid van vroegere verplichtingen kunnen gebruiken en hoe ze een nieuwe manier van leven kunnen creëren door echte liefde te vinden die verder gaat dan verstrikking

Vooruitkijkend

Om mijn gedachten verder op te helderen ben ik bezig met een nieuw manuscript. Eén ding dat ik wil uitleggen, is waarom ik de term ‘ziel’ niet meer als centraal begrip gebruik en waarom ik denk dat het duidelijker is om een preciezere definitie voor het woord ‘psyche’ te vinden. Ik zie ‘psyche’ als al die processen die de werkelijkheid beschikbaar maken voor een levend organisme. Waarom de psyche van tijd tot tijd het levende organisme van de werkelijkheid blokkeert, en waarom het organisme dan in de behoeften van de psyche moet voorzien, is een van die vragen die beantwoord moeten worden.

Complicaties tijdens de zwangerschap en het geboorteproces zijn tot nu toe zaken die ik nog niet heb behandeld in mijn theorie, maar in mijn therapeutisch werk komen er steeds meer aanwijzingen dat deze belangrijk zijn vanwege de kans dat ze vroege traumatisering bij kinderen veroorzaken. Er zijn aanwijzingen dat bijvoorbeeld de keizersnede-operatie de ontwikkeling van de autonomie van het kind onderbreekt, en het kind daardoor overmatig afhankelijk maakt van symbiose.

Verder zal ik in mijn volgende boek uitleggen hoe het mogelijk is om de ‘opstelling van de intentie’ in individuele sessies te gebruiken.

Er valt nog veel meer te onderzoeken en zorgvuldig te bespreken op het gebied van de menselijke psyche; er zijn enkele hardnekkige therapeutische fouten die moeten worden gecorrigeerd en enkele misleidende paden die volledig moeten worden vermeden, en er moeten nog steeds nieuwe manieren worden ontdekt om een gespleten persoonlijkheid te integreren.

Van 26 t/m 28 oktober 2012 organiseren wij in München de eerste internationale conferentie onder de titel ‘Symbiosis and Autonomy’ om te laten zien hoe opstellingen op basis van binding en trauma voor verschillende vraagstukken kunnen worden toegepast.

REFERENTIES

Bowlby, J. (2006a) Bindung. (Attachment). Reinhardt, München, Germany.
Bowlby, J. (2006b) Trennung (Separation). Reinhardt, München, Germany.
Bowlby, J. (2006c) Verust (Loss) Reinhardt, München, Germany.
Fischer, G. & Riedesser, P. (1998) Lehrbuch der Psychotraurmatologis. Reinhardt, München, Germany.
Herman, J. L. (2001) Trauma and Recovery. From Domestic Abuse to Political Terror. Pandora, London., UK.
Levine, P. A. (1997) Waking the Tiger: Healing Trauma. North Atlantic Books, Berkeley, California, USA.
Ruppert, F. (2001) Berufliche Beziehungswelten. Das Aufstellen von Arbeitsbeziehungen in Theorie und Praxis. Carl-Auer-Systeme Verlag, Heidelberg. Germany.
Ruppert, F. (2002) Verwirrte Seelen. Der verborgene Sinn von Psychosen. Grundzüge einer systemischen Psychotraumatologie. Kösel, München, Germany.
Ruppert, F. (2005) Trauma, Bindung und Familienstellen. Klett-Cotta Verlag. Stuttgart, Germany.
Ruppert, F. (2007) Seelische Spaltung und innere Heilung. Klett-Cotta Verlag, Stuttgart, Germany.
Ruppert, F. (2009) Trauma, Bonding and Family Constellations. Green Balloon Publishing, UK.
Ruppert, F. (2010) Symbiose und Autonomie. Klett-Cotta Verlag. Stuttgart, Germany.
Ruppert, F. (2011) Splits in the Soul. Green Balloon Publishing, UK.